Leestijd: 8 minuten

Vlieland is het eerste eiland dat we aandoen op ons nieuwe project WaddenWandelen. Het plan was om twee dagen te wandelen en twee dagen te nemen om te reizen en de boel te verkennen. En zo liep het ook ongeveer. Maar toch net een beetje anders.

Deels kwam dat door het weer. Op de eerste dag hadden we een heerlijk zonnetje, maar voor de dag erna werd veel wind en regen voorspeld, met zelfs een code geel voor het Noordelijk kustgebied. Dat loopt toch minder lekker, 17 km met een windkracht zeven op je voorhoofd.

Posthuys

Bovendien bleek de eerste wandeling van 20 km veel overlap te vertonen met de tweede. Daar kwam bij dat het startpunt voor beide wandelingen, het Posthuys, met de bus moest worden aangereisd vanaf Oost Vlieland. En die bus ging alleen om 12.30, deed er een half uur over en daardoor konden we pas betrekkelijk laat starten. (OK, er gaat ook een bus om 09.00, maar dat vond ik dan weer net te vroeg voor de vakantie).

Vlieland
Het deel van Vlieland dat voor iedereen toegankelijk is. De Vliehors op West is een militair oefenterrein. Onze eerste wandeling liep vanaf het Posthuys richting Noordzee en daarna rechtsom richting Vlieland Oost. Niet alles ging over het strand, enkele stukken maakten gebruik van fiets- en wandelpaden. Uiteindelijk werd het 24 km. De tweede wandeling ging vanaf het Posthuys naar het strand en daarna linksom, tot aan de Vliehors en dan om de Kroon Polders terug. Dat was ongeveer 11 km.

Toevallig hadden we ook een dagje gratis fietsen in ons arrangement, dus uiteindelijk besloten we om de tweede dag de fiets te nemen naar het Posthuys, daar de wandeling door de Kroonpolders te lopen en vervolgens nog even het bunkermuseum aan te doen. Zo zagen we ook nog wat anders van Vlieland.

Je kan natuurlijk ook drie dagen gaan. Of vier. Maar soms komen goede ideeën nu eenmaal te laat.

Dit blog is verder opgezet zoals het Zuiderzeepad Fotoboek. Een paar thema’s met foto’s die het verhaal van wandelen op Vlieland vertellen. Een soort dia-avondje van andermans vakantiefoto’s, alleen mag je deze wel zelf doorklikken.

Het vertrek

De veerboot naar Vlieland vertrekt vanuit Harlingen. Een half uur voor de afvaart verzamelt iedereen zich in de Terminal, als een onrustige kudde schapen die bijna van stal mag. Er zijn de voordringers, degenen die er al een uur staan, de-in-de-weg-staanders en de we-zien-het-wel-komt-goed-types. Maar bijna allemaal zijn ze grijs.

Na de kaartjescontrole stroomt de grijze golf omhoog, de trappen op. Richting de mooiste stoelen op het dek, naar de kantine of een rustige stoel aan het raam. En er zijn de mannetjes, zoals ik, die alles willen zien. Hoe het werkt, wat er gebeurt en die bijvoorbeeld opmerken dat het walpersoneel eerst een reddingsvest aantrekt voor ze de trossen lossen.

Waarop ik me natuurlijk moest afvragen of dat uit een RIE kwam of uit een analyse van een ongeval. Van sommige dingen kom je nooit meer af.

In de haven van Harlingen ligt een grote walvis. Die zie je pas als je er langs vaart. Het is één van de elf fontijnen die in Friesland zijn gebouwd ter ere van Leeuwarden culturele hoofdstad van Europa. Ik schreef er al eens over in dit blog over Escher op Reis.

Aankomst

Vlieland is een betrekkelijk klein eiland. Er is één aanmeerplek voor de veerboot, waar ook de Koegelwieck gebruik van maakt. Wij hadden een kamer in Zeezicht, met inderdaad uitzicht op zee. En de haven. Drie foto’s, één panorama.

Dat het eiland klein is merk je ook aan het feit dat je overal steeds dezelfde koppen weer tegenkomt, van de mensen die ook al aan boord zaten. Je bent als het ware een ongekozen bubbel met elkaar die over het eiland vloeit, in de restaurants en op de terrassen. Alleen niet tijdens het wandelen, dan zie je haast niemand. Of het moet op het strand zijn. Maar dat zijn zelden wandelaars.

Noordzeestrand

Beide wandelingen gaan over het Noordzeestrand. Dat was grotendeels leeg toen wij er liepen, zeker op de tweede dag. Toen waaide het hard en was de zee behoorlijk ruig. Dat zie je op de derde foto. De eerste foto is de opgang naar het strand vlak bij het Posthuys. En op de middelste foto, genomen ter hoogte van het Badhuys, zie je nog net de veerboot voorbij komen.

Het is precies die leegte en de onstuimigheid van de Noordzee die het wandelen over Vlieland zo aantrekkelijk maakt.

Vuurtoren Vuurduin

Geen waddeneiland zonder vuurtoren, dus ook Vlieland niet. Al is die van hun wel de kortste van alle waddentorens. Hij is precies 16,8 meter hoog, geopend in 1909 en wordt door de Eilanders liefkozend de Rode Kabouter genoemd. Omdat het torentje op een hoog duin is geplaatst, steekt ie toch boven alles uit. Voor €3,50 mag je naar boven, cash te betalen aan de vuurtorenpachter. Altijd doen.

De kleuren van het wad

Zes verschillende momenten zeezicht over vier dagen. Je zou er een fotoboek van kunnen maken. Een jaar lang elke dag een foto, ik heb er nu al zin in.

Bunkermuseum

Vaste prik op vakantie: vuurtorens en bunkers. Het bunkermuseum Wn 12H is een bezoek zeker waard, al is het nog lang niet af.

Vogels

Massa’s vogels, op Vlieland. Zoals deze zwerm scholeksters, die besloot onze komst niet af te wachten. Langs de vloedlijn zagen we verder heel veel strandplevieren, kleine snelle vogeltjes op zoek naar lekkere hapjes. Maar vooral waren er veel meeuwen, heel veel meeuwen. En ook heel veel dode meeuwen, dat ook. Maar dat bleek volkomen normaal. Wisten wij veel.

Impressies

Impressies. Zonder commentaar. Klik op de foto voor een vergroting.

Bier

Niet onbelangrijk: plaatselijk bier. Vlieland is gezegend met een eigen brouwerij, Fortuna Vlieland. Waren we er langer geweest, hadden we er zeker even een bezoekje gebracht. Ik heb zo’n beetje de hele selectie uitgeprobeerd en daarvan beviel de Monnicke Weizen mij het best. Donker tarwebier, fris kruidig en ongefilterd. Met dennetoppen, jawel. De Island Ale is trouwens een goede tweede

Bries werd speciaal gebrouwen door Fortuna voor het Badhuys. Het is zomers bier van zo’n 4.4% dat veel doet denken aan Desperado. Met op de achtergrond een klein ziltje dat wordt verstopt door de limoen. Limoen dus niet doen.

The Captain’s Daughter is van Brouwdok uit Harlingen. Een mooie rode Ale, vol van smaak en bitterzoet met zilt. Mooi dat er na de eerste hoppige IPA golf nu ook ambers met elegantere smaken ontstaan.

Aan het eind

En zo kwam er met een biertje een einde aan de eerste van zes keer WaddenWandelen. Benieuwd wat de volgende vijf ons gaan brengen. Van deze kon ik in ieder geval zeggen: het waren twee fantastische dagen.

Ferdinand Hart Nibbrig was een schilder die leefde van 1866 tot 1915. Het grootste deel van zijn leven woonde en werkte hij in Laren. In de zomer trok hij veel naar de kust, voornamelijk Zoutelande en Vlieland. Dit schilderij is uit 1902 en toont de vuurtoren van Vlieland. Ik kwam het tegen op de expositie Liefde voor Kleur in het Singer Laren, mei 2023.

Er staan nog meer wandelblogs op Rizoomes. Bijvoorbeeld dit Zuiderzeepad Fotoboek. En acht verhalen over het Pieterpad vind je hier.