In de zomer van 2008 verscheen het laatste album van B.B. King, One kind favor. King was toen al 83 en misschien is dat wel de reden dat het zo relaxed klinkt. Cool blues is het. In de jazz zouden ze het misschien blue noemen, maar ja, blues is al blue.
Als beheerder van een vage verzameling kijk ik graag naar TV-programma’s met oude meuk. Mensen die hun zolder hebben opgeruimd en stiekem hopen de hoofdprijs binnen te halen. En soms zitten er echt mooie dingen bij. Ook dat is leuk.
Lucille
Een van die programma’s is Pawn Stars. Tegenwoordig van begin tot eind gescript, maar dat mag de pret niet drukken. Niet zo lang geleden kwam daar een man met een gitaar binnen, waarop de handtekening van B.B. King stond. Was die echt of een one kind favor?
Ooit, in 1949, speelde King in een schuur ergens in Arkansas toen twee mannen ruzie kregen. Door de vechtpartij die volgde ontstond er een brand, zodat iedereen naar buiten moest vluchten. King ging echter terug om zijn gitaar te redden, wat hem bijna het leven kostte.
Later bleken de twee kemphanen ruzie om een vrouw te hebben gehad, Lucille. Sinds die dag noemde B.B. King elke gitaar Lucille. Om hem eraan te herinneren dat je nooit ruzie moest maken om een vrouw en al helemaal niet terug een brandend gebouw in moest rennen om je gitaar te redden.
Gitaar Lucille werd daarna een soort gimmick. B.B. King had er velen, gaf er bijna even zo veel weg en strooide graag met zijn handtekening erop. Zo ook bij deze gitaar van Pawn Stars. Helemaal echt, ook de handtekening, maar meer waard dan 2500 dollar was ie niet. Omdat er zo veel van zijn. Teleurgesteld droop de man af.
Die overvloed was ook een beetje het probleem van B.B. King zelf geworden. In de loop der jaren werd hij onderdeel van een popcircus, waar vooral andere sterren zich via hem in het zonnetje probeerden te zetten. U2, Eric Clapton en Live Aid, ze wisten hem allemaal te vinden. Het leverde niet altijd de beste muziek op, maar het verkocht wel goed. Dat is natuurlijk ook best lekker.
Tot T Bone Burnett, een bekende americana producer, het niet langer aan kon zien. De oude B.B. King moest nog één keer laten zien wat ie in zijn mars had. Hij verzamelde een band met topmuzikanten, waaronder Dr. John op piano en Jim Keltner op drums en stelde een uitgelezen serie nummers voor.
Zoals “Sitting On Top Of the World,” “Tomorrow Night,” and “World Gone Wrong”. Die, toevallig of niet, ook op de albums van een opgeleefde Bob Dylan begin jaren negentig stonden.
One kind favor
En ook Backwater Blues, die als eerste op het Bloemterras terecht kwam. De lijst die ik samen maak met mijn oude vriend Gabor en waar wij beurtelings een nummer op plaatsen. Een soort Herenleed met een playlist.
Maar het had ook ‘See that my grave is kept clean’ kunnen zijn, van Blind Lemon Jefferson. Waar ook de titel ‘One kind favor’ vandaan komt. Bijna een shuffle en zeer ingehouden gespeeld, even moest ik zelfs aan John Hiatt denken.
Maar als King dan zijn karakteristieke gitaargeluid laat horen weet je dat je ergens anders zit. Bij cool blues.
‘One kind favor’ is het eerste album in een nieuwe serie over de vergeten albums van het Bloemterras. Het was ook het eerste album van die playlist waar ik zo van onder de indruk was, dat ik me afvroeg waarom ik er maar één nummer afhaalde. Dit was een perfecte playlist op zichzelf. Een klassieker die iedere bluesliefhebber in zijn muziekbieb zou moeten hebben.
Wat met Spotify tegenwoordig een eitje is. Als je maar weet wat je er in moet zetten.
Dus waarom zou ik niet nog meer van dit soort halfvergeten pareltjes onder de aandacht brengen? In een aparte galerij op het muziekblog van Rizoomes? Als eerbetoon aan de makers, om je eigen muziekbieb te vullen en als antidote tegen de grote popverdwazing. Er staat dus nog meer mooie muziek te komen.
Terug naar One kind favor, ter afsluiting. Dit 42e album van B.B. King is zoals gezegd een relaxte plaat, cool blues met genoeg blazers om het een New Orleans tintje te geven. Die overheersen echter nooit, net als de rest van de band. Iedereen is muzikant genoeg om zijn ego thuis te laten.
Op dit album staat er maar één in het zonnetje en dat is B.B. King.
Krek 🙂