“Denk aan je eigen veiligheid”. Het is een gevleugelde uitdrukking bij de brandweer, die bol staat van de goede intenties. Kom veilig terug en samen uit, samen thuis; dat is wat er mee bedoeld wordt.
Je zou ook kunnen vragen: Doe je voorzichtig? Maar dat doen we dan weer niet. Terwijl er in de kern nauwelijks verschil zit tussen denken aan je veiligheid en voorzichtig doen. Het onderscheid wordt pas duidelijk als je de intentie gaat vertalen naar gedrag.
Acties
De volgende vraag is dan: welke acties horen er bij denken aan je veiligheid?
Gaat het om voorkomen van brandwonden: maak dan kleding en uitrusting in orde.
Gaat het om niet vallen: afstand houden van de dakrand, valbescherming gebruiken en achterwaarts de ladder af.
Ga verder niet voorbij de vuurhaard, blijf uit de valschaduw van de muur en let op bij horizontale scheuren. Zo denken wij aan veiligheid bij de brandweer.
Natuurlijk is dit lijstje niet uitputtend (uitdaging: verzin er uit je blote hoofd nog eens vijf bij), het is echter de vraag of zo’n lijstje de lading van denken aan je veiligheid dekt.
Wat wil je nou dat er precies bedoeld wordt met die uitdrukking? Ik ga in dit blog eens een poging wagen.
Sneuvel niet tijdens repressie
Laat ik beginnen met de stelling dat denken aan je eigen veiligheid voor mij betekent dat je op moet letten dat je niet sneuvelt tijdens repressie. Ga vooral niet dood tijdens je werk, dat is wat het betekent.
Dan is de eerste stap uitzoeken waar brandweermensen zoal gesneuveld zijn. Ik heb daarvoor de lijst Koppers geraadpleegd en die gegevens vertaald naar dit blog, ‘Waar de brandweerman valt.‘
Al eerder wijdde ik teksten aan de constatering dat plotselinge branduitbreiding en instorting de belangrijkste doodsoorzaak onder brandweermensen is. Dat heeft onder andere geleid tot de ontwikkeling van de Sturingsdriehoek en het Kwadrantenmodel.
Waarbij de Sturingsdriehoek bedoeld is om de situational awareness te vergroten en het Kwadrantenmodel richting moet geven in het kiezen van een inzetmodel. Daar is nog wel iets meer over te zeggen.
De verbindende oorzaak tussen alle fatale brandweerongevallen is dat men een standaard inzetmodel gebruikte in een afwijkende situatie. De situational awareness was om uiteenlopende redenen niet goed genoeg, of het inzetmodel paste niet bij de situatie.
Tegelijkertijd blijkt het rijtje gedragingen dat hoort bij denken aan je veiligheid dus niet adequaat. Dat komt omdat dat rijtje vooral gevuld is met zogenaamde hard skills: technische vaardigheden die onlosmakelijk met het vak verbonden zijn.
Herkennen van patronen en weak signals zijn echter nog steeds abstracte concepten. Hoe vertaal je die naar een concrete lijst denken aan je eigen veiligheid? Hoe kun je de soft skills voor jezelf op een rijtje zetten en dat in alle situaties gebruikt kan worden?
Door het regelmatig stellen van vijf vragen aan je zelf, vooral in niet-routineuze situaties: De Vijf van Veilig.
De Vijf voor Veilig
- Waarom doen we deze inzet?
- Wat is het plan?
- Waar ben ik?
- Hoe laat is het?
- Wanneer stop ik?
Waarom doen we deze inzet?
Elke inzet heeft een doel: redding of schadebeperking van iets of iemand. Wees jezelf bewust van dat doel, en ga continu na of dat doel nog steeds geldt. Een duidelijk doel geeft richting aan de inzet, maar geeft de inzet ook zijn waarde. Hoe meer er valt te redden, hoe meer risico je kan nemen. Maar als er niets meer te redden valt, moet je dus ook geen risico meer lopen. Doelstelling, het waarom, is belangrijk voor wat Weick sensemaking noemt.
Wat is het plan?
Op welke wijze ga je het doel realiseren? Welke stappen ga je nemen, wat doet de rest? Hoe ziet het projectplan van de brandbestrijding er uit? Als je geen haalbaar plan hebt, is dat een goede reden om over te gaan op een defensieve inzet. Ook als de kosten van het plan niet opwegen tegen de baten van het doel heb je een goede reden om je inzet te heroverwegen en minder risico’s te nemen.
Waar ben ik?
Wees jezelf continu bewust van je positie en welke weg je moet volgen om weer in veiligheid te zijn. Veel ongevallen ontstaan door desoriëntatie in grote ruimtes. Als je pas bedenkt waar je bent als je de weg kwijt bent is het te laat. En als je de weg kwijt bent, alarmeer dan de rest zodat je nog gered kunt worden. Ga niet eerst proberen het zelf op te lossen.
Hoe laat is het?
Hoe lang ben je al bezig? Hoeveel lucht heb je nog? Houdt het gebouw het nog en hoe lang nog? Wanneer heb je voor het laatst informatie van anderen gekregen? Zit je in een realistisch tijdverloop of gaat de tijd heel snel? Tijdcompressie is één van de grootste bedreigingen voor brandweermensen, dus wees je bewust van de klok.
Wanneer stop ik?
Dit is misschien wel de meest essentiële vraag van allemaal. Wat is je stopregel? Wanneer is het genoeg voor je? En dan bedoel ik echt voor jouzelf: ken je grens en ga er niet overheen. Sterker nog, zodra je je grens aan ziet komen moet je eigenlijk al terugtrekken. Dan heb je nog reserve om eventuele onverwachte gebeurtenissen aan te kunnen. Als je tot je uiterste grens gaat heb je niets meer over om je nog aan te passen aan die nieuwe situatie, met alle gevolgen van dien.
Vijf vragen die je kunnen helpen om je situational awareness te vergroten tijdens de incidentbestrijding. Elke keer als iemand tegen je zegt dat je aan je eigen veiligheid moet denken, denk je aan de Vijf voor Veilig! En als niemand het tegen je zegt denk je ook aan de Vijf voor Veilig. Het is tenslotte je eigen veiligheid.
Naschrift 20 december 2022
De tekst van dit blog is vrijwel onveranderd ten opzichte van de eerste plaatsing in 2015. Wel is er redactioneel veel opgeknapt: kortere paragrafen en tussenkopjes zijn toegevoegd. Maar de essentie blijft zitten in de vijf vragen, de vijf voor veilig: Waarom doe ik dit, wat is mijn plan, waar ben ik nu, hoe laat is het en wanneer stop ik?
Deze vragen passen uitstekend in de situational awareness voor de brandweer in het veld, maar net zo goed op de tafel van het crisisteam of de disruptiemanagers. Dus maak zo’n klein kaartje en pak het erbij als je merkt dat het moeilijk gaat: de vijf vragen voor veilig.
Geef een reactie