Brieven uit Alvites van Gerrit Komrij leest als een literaire variant van het populaire Tv-programma ‘Ik vertrek’. Het is de kroniek van een aangekondigd drama dat misschien niet alleen achteraf voorzienbaar was.
Veertig ben ik heden en een zwerfhond geworden
Dat is de beginzin van Brieven uit Alvites. Het is 1984 en Komrij is net veertig geworden. Hij is het leven in Amsterdam zat. “Het sjacheren, het kuipen en kruipen, mensen kunnen niet zonder”, zo schrijft hij “, maar ik leg me er niet bij neer.”
Dus vertrekt hij.
Naar Alvites, een gehucht in Portugal. Daar betrekt hij een Palaccio dat door de eigenaar is ondergebracht in een soort stichting, waarvan het vruchtgebruik is overhandigd aan Padre Fernando. Die verhuurt een deel van het kasteeltje aan Gerrit en zijn man. Komrij is helemaal weg van het pand.
Ons huis ligt als een witte fluwelen doos in de handpalm van het paradijs. Vanuit de verte bezien is het een soort schrijn, waarin alles is ondergebracht wat ik tot dusver in mijn leven heb meegesleept
Komrij doet zijn best om te integreren in de oude, rurale gemeenschap. Hij doet mee met de feesten, bezoekt als atheïst de kerkdiensten en legt veel bezoekjes af bij buren. Toch blijft hij een toeschouwer, merk je als lezer. Hoe enthousiast hij ook over de verschillende aspecten van het leven aldaar schrijft, het is met de blik van een observator, niet die van de deelnemer. Zoals Geerten Meijsing wel is in zijn Siciliaanse Brieven.
Misschien komt dat ook wel door de opzet van het boekje. “Bezorgd en van een nawoord voorzien door Mark Schaevers”, staat er geschreven. Wat betekent dat Schaevers uit een serie columns en toespraken dit verhaal heeft samengesteld.
Het is dus niet oorspronkelijk bedoeld als een integrale uitgave door Komrij zelf.
Toch vind ik zelf die fragmentarische opzet van Brieven uit Alvites wel lekker lezen. Er worden voldoende puzzelstukjes aangedragen om het geheel te zien, zonder dat alles is dichtgekleid met details. Het geeft de tekst lucht en ruimte en dat is gezien de gebeurtenissen wel net zo prettig. Want de sfeer voelt er af en toe behoorlijk beklemmend aan.
Zeker op het laatst, als er onmin ontstaat met Padre Fernando. Dat loopt zodanig uit de hand als de rest van het dorp ook vijandig wordt, dat Komrij besluit te vertrekken en Alvites achter zich te laten.
Alvites is een essentie van extremen. De armoede is er middeleeuwser. De nachten kennen er meer sterren dan elders. De vreugde is er geloviger. Het pittoreske is er wreder
Dat zegt het zo ongeveer wel, hoe het daar was. De rest kun je zelf lezen in Brieven uit Alvites. Van harte aanbevolen, al was het maar voor de prachtige taal. Overigens ook weer in een prettig formaat vormgegeven met een harde kaft, heerlijk om mee te nemen op vakantie.
Ter afsluiting een fragment van Komrij over wat hij Transmontaanse beelden noemt. Bewust of onbewust, dat kan ik nergens uit afleiden, raakt hij daar de kern van de Stoa. Die wilde ik jullie niet onthouden.
PS. Ik heb inmiddels Vila Pouca besteld via boekwinkeltjes.nl. Dat is waar Komrij zich vestigde na Alvites. Ik ben natuurlijk zeer benieuwd hoe het verder ging. Brieven uit Alvites is nog wel nieuw te koop.
Eindoordeel
Brieven uit Alvites is een merkwaardig boek en ook nooit als boek bedoeld geweest, begreep ik achteraf. Toch ben ik blij dat ik het heb.
Cijfer: 7,5
Zou ik het bewaren als de boekenkasten vol zijn en er geruimd moet worden: ja, er moet meer Komrij in de kast en daar hoort deze bij.
Geef een reactie